maandag 13 december 2010

Kerstezel

Het gebeurde op 12 december
we waren aan't rekenen en ik was al klaar
en de meester zei leg de pennen maar neer
we mogen het kerstspel spelen dit jaar

toen ging hij de rollen verdelen
als eerste koos hij Marjolein
en toen zij Maria mocht spelen
hoopte ik dat ik Jozef mocht zijn

Maar natuurlijk werd Peter weer Jozef
en Ruben en Kees en Martijn
die werden als derde gekozen
die mochten de koningen zijn

toen dacht ik dan maar een herder
dan sta ik wel wat achteraan
maar dan schuif ik naar voren steeds verder
tot ik naast Marjolein kom te staan

ook herder mocht ik niet spelen
en Paul en Yvonne die werden de os
de rol die ik kreeg moest ik delen
ik moest de ezel zijn samen met Jos

(hij, hij moet dit jaar de ezel zijn)
ik moet de ezel zijn
(hij, hij moet dit jaar de ezel zijn)
ik moet de ezel zijn
toen ik het hoorde ging ik door de grond
en ik ben niet eens de voorkant
(nee hij is de kont)

en toen is het pesten begonnen
met z'n allen alleen tegen mij
steeds werden er grapjes verzonnen
met telkens die stomme ezel erbij

hé, wat kost het nou, ezeltje rijden
of ezeltje prik, hup een pen in je rug
zeg, hou jij je hoeven eens bij je
en met gym stond ik opeens in de ezelsbrug

en de meester zei soms ja, nou weet ik het wel
hou eens op met dat eeuwige ezelgeklier
maar ze pakten me terug direct na de bel
en riepen in het speelkwartier

(hij, hij moet dit jaar de ezel zijn)
ik moet de ezel zijn
(hij, hij moet dit jaar de ezel zijn)
ik moet de ezel zijn
toen ik het hoorde ging ik door de grond
en ik ben niet eens de voorkant
(nee hij is de kont)

de dag toen we op moesten treden
kwam Jos niet op school, hij had zogenaamd griep
dat was enkel alleen om de reden
dat'ie als voorkant voor schut met me liep

in mijn eentje speel ik geen ezel
riep ik maar toen zei Marjolein
laat een ander Maria maar wezen
ik wil samen met hem de ezel wel zijn

pas langzaam drong het tot me door
en de hele klas zong in koor

(hij, hij mag dit jaar de ezel zijn)
ik mag de ezel zijn
(hij, hij mag dit jaar de ezel zijn)
ik mag de ezel zijn
toen ik het hoorde ging ik uit mijn dak
(hij mag met Marjolein)
ik mag met Marjolein
(hij mag lekker met Marjolein, samen in het pak )

Geen opmerkingen: